Mediator familieruzie: test uzelf als mediator. Deel 4.
U bent gevraagd als mediator familieruzie. Het betreft een familiebedrijf dat overgegaan is van vader Peter op zoon Herman. De dochter, Carolien, start een bordeel aan de overkant van de straat. Tegenover de ingang van het hoofdkantoor.
Mediator familieruzie: test uzelf als mediator. Deel 4.
U bent gevraagd als mediator familieruzie. Het betreft een familiebedrijf dat overgegaan is van vader Peter op zoon Herman. De dochter, Carolien, start een bordeel aan de overkant van de straat. Tegenover de ingang van het hoofdkantoor.
Meer over dit conflict leest u in deel 1. Het tweederondegesprek met Carolien in deel 2 en met de ouders in deel 3. Ik heb in de reacties gelezen wat u zou doen. Ik ga met u mee in de keuze om naar de broer, Herman, te gaan.
De tweederondegesprekken: Herman
Herman heeft geen voorbehoud in ons gesprek, ik mag over dit gesprek praten met de anderen. Ik focus het gesprek op de tijd dat de ouders besloten de kinderen naar een internaat te brengen. Mijn vragen motiveer ik door te stellen dat het lijkt dat hij en Carolien voor die tijd goed met elkaar omgingen. Op het internaat en vlak daarna verslechterde de relatie tussen hen.
Internaat
Herman vond het, als 12-jarige jongen, een spannende periode. Weg van zijn ouders. Doordeweeks was er een soort pleeggezin, waar hij samen met zijn zus en nog vier kinderen verbleef. Hij had toen nog steun van zijn oudere zus. Zij hielp hem door de eerste periode van heimwee heen. In de weekenden waren ze wel thuis. Maar na verloop van tijd was zijn vader er steeds minder in de weekenden. Herman miste zijn vader; een echt vaderfiguur waar hij tegenop kon kijken.
Vriend als vaderfiguur
Hij heeft op het internaat vriendschap gesloten met een wat oudere jongen, Wilfred. Herman heeft veel te danken aan Wilfred: “Wilfred was als een soort vader voor mij. Hij was wat ouder. Ik kon bij hem terecht met alle vragen die je als jongen in die tijd hebt. Hij was wat verder met meisjes dan ik. Hij had geld, zodat we veel uitstapjes konden maken. In die tijd ben ik mij meer gaan richten op Wilfred en minder op Carolien. Zij had ook wel vriendinnen, maar niet zo close als ik met Wilfred was. Ik weet nog steeds niet waarom, maar Carolien en ik kregen vanaf die tijd steeds meer ruzie. Misschien was ze jaloers. Na ongeveer een jaar ging zij van het internaat af. Ik heb mijn vwo daar afgemaakt. Mijn zus niet. Die bleef thuis. En toen ik klaar was met het vwo, was zij al het huis uit. Ik heb dat wel als druk ervaren.”
Dat laatste begrijp ik niet direct. Herman legt uit dat zijn vader er in die tijd een steeds grotere voorkeur voor begon te krijgen dat Herman de zaak zou overnemen. Herman heeft zich daarin gevangen gevoeld. Hij sprak er veel over met Wilfred. Wilfred had het er altijd over om zelf een zaak te beginnen en niks met je ouders te moeten doen. Herman heeft daar tijdens alle overnamegesprekken veel aan moeten denken.
Duidelijke mening
Wilfred ziet hij nooit meer. Tijdens het uitgaan begon Wilfred steeds gekkere dingen te doen. Hij leek geen grens te kennen. Ze hebben een keer gevochten over een patatje. Daarna hebben ze geen contact meer gehad. Als ik vraag of Wilfred nog wel in gedachten bij hem is, zegt Herman onmiddellijk: “Ja. Hij had altijd zo’n duidelijke mening. Ik denk vaak: wat zou Wilfred doen in deze situatie?” Ik vraag wat Wilfred van dit conflict met Carolien zou hebben gevonden. Na een aarzeling zegt Herman: “Dat ik niet zo moeilijk moet doen. Wat kan mij die familienaam nou schelen?” Ik:" Dat je Wilfred nooit meer eens op hebt gezocht. Die snap ik niet." Herman:" Overleden. Motorongeluk. Eigen schuld. Boom."
Bedrijfsovername
Ik vraag aan Herman wat zijn reden is geweest om de zaak over te nemen. Na een hoop argumenten die volgens mij niet geladen zijn met emotie, zeg ik tegen Herman: “Ik geloof je niet. Ik voel niet dat dit voor jou de redenen zijn.” Hij kijkt mij wat onbegrijpend aan, dus ik vraag hem: “Weet jij waarom je vader de zaak heeft overgenomen van je opa?” Herman zegt: “Volgens mij moest hij van zijn vader.” Ik vraag: “En jij. Moest jij ook?” Hij antwoordt: “Min of meer. Mijn zus was geen optie.” Ik zeg: “Dat heeft ze dan mooi voor elkaar gekregen. Heeft Carolien je wel eens bedankt voor het overnemen van het familiebedrijf?” Herman schud zijn hoofd.
Ik ga naar huis.
Wat is het vervolg?
Ben ik nog een vraag vergeten? Is er iets dat u graag had willen weten van Herman? Wat zou u nu doen? Met iedereen rond de tafel zitten? Of zou u kiezen voor een andere setting? Wat zou u als insteek van het gesprek nemen?
Edward Koldewijn, Mediation Familieruzie, Relatietherapie Amsterdam
Wilt u meer weten over mediation van een familieconflict: https://www.maussenfc.com/dienstverlening/mediation-bij-familieconflicten
Wilt u een voorbeeld van onze mediation lezen, dan kunt u naar onze site gaan: https://www.maussenfc.com/dienstverlening/mediation-bij-familieconflicten
Een boekentip 1:http://www.bol.com/nl/p/boek-voor-mannen/9200000008976216/